De Britse verkiezingen die donderdag plaatsvinden zijn ongekend spannend. Zelfs als de Conservatieven winnen, is een referendum over het Britse lidmaatschap van de Europese Unie geen uitgemaakte zaak.

Ontwikkelingen die kunnen leiden tot het opzeggen van het Britse EU-lidmaatschap (‘Brexit’) en het uit de euro stappen door Griekenland (‘Grexit’) geven de komende beursweek kleur. Beleggers zullen echter ook hun handen vol hebben aan macro-economische rapporten en, in mindere mate, kwartaalcijfers uit het bedrijfsleven.

De Europese beurshandel heeft een moeizame week achter de rug. Na een goed begin, op maandag, liepen de graadmeters met name dinsdag en woensdag flinke averij op. De AEX besloot de verkorte handelsweek donderdag bovendien als een van de weinige dalers. De hoofdindex van de beurs in Amsterdam sloot met een verlies van 0,3 procent op 487,85 punten. Vrijdag waren de meeste beurzen dicht in verband met de Dag van de Arbeid.

Ook de komende beursweek is verre van normaal. Zo is de beurs in Londen maandag gesloten en wordt in Tokio wegens nationale feestdagen pas vanaf donderdag gehandeld. Het leeuwendeel van het geagendeerde nieuws komt maandag uit de VS. Daar praten twee leden van het beleidsbepalende orgaan van de centrale bank over de staat van de economie. Daarnaast zal bestuursvoorzitter Steve Easterbrook uit de doeken doen hoe hij de lange periode van omzetdalingen bij McDonald’s wil beëindigen.

Het belangrijkste Amerikaanse macrocijfer van de week komt op vrijdag. Dan wordt bekendgemaakt hoeveel banen er in de VS zijn gecreëerd in april na de zwakke gang van zaken in maart. Economen verwachten in doorsnee 225.000 nieuwe banen.

Europa: Griekse aflossing en groeiraming Europese Commissie

Dinsdag presenteert de Europese Commissie zijn lenteraming, die onder meer prognoses bevat voor de economische groei, de inflatie en de werkloosheid. Diezelfde dag wordt duidelijk of de Amerikaanse dienstensector in april is gegroeid of gekrompen en staan de kwartaalcijfers van onder meer Walt Disney op de rol.

Woensdag is het voor de zoveelste keer er op of eronder voor Griekenland, dat die dag ruim 200 miljoen euro aan het IMF moet overmaken. Amper een week later staat een betaling van 770 miljoen op de rol.

Britse verkiezingen

Op donderdag gaan de Britten naar de stembus. Premier Cameron heeft een referendum over het EU-lidmaatschap toegezegd als hij wint. Zijn tegenstrevers van de Labourpartij zien een 'Brexit' echter als het grootste risico voor het Britse bedrijfsleven.

Een week voor de Britse verkiezingen tekent zich in de peilingen voorzichtig een voorsprong af voor de Conservatieven van premier David Cameron. Maar de kans dat een van de partijen een absolute meerderheid haalt en alleen kan gaan regeren, is minimaal. Net als vijf jaar geleden zal een coalitie moeten worden gevormd, maar de vraag is of dat zomaar lukt.

Een cruciale rol lijkt weggelegd voor de Schotse Nationale Partij (SNP). Die is sinds het referendum over Schotse onafhankelijkheid van vorig jaar ongekend populair en ligt op koers om alle 59 Schotse zetels in de wacht te slepen. Dat zou een gevoelige tik betekenen voor Labour, dat nu nog veertig Schotse zetels bezet. De Conservatieven hebben nu slechts één Schotse parlementariër.

Een coalitie moet idealiter de steun van de helft van de 650 parlementariërs hebben, hoewel deskundigen denken dat 310 Lagerhuisleden voldoende kan zijn. De kans dat alle oppositiepartijen verenigd tegen kabinetsbeleid stemmen is minimaal, dus een minderheidsregering kan nog veel voor elkaar krijgen.

Grote onzekerheid over coalitievorming

Hoewel de Conservatieven op winst lijken af te stevenen, betekent dat niet automatisch dat Cameron in Downing Street 10 kan blijven wonen. Een voortzetting van de coalitie met de Liberaal-Democraten ligt niet voor de hand, omdat die dreigen te worden gemarginaliseerd. De Conservatieven hebben een samenwerking met de eurosceptische partij UKIP van Nigel Farage resoluut afgewezen.

Daardoor is de kans groot dat de volgende Britse premier Ed Miliband heet. De leider van Labour heeft veel meer mogelijkheden om tot een meerderheidsregering te komen, of ten minste tot een Labourkabinet dat wordt gesteund door voldoende Lagerhuisleden.

Miliband heeft een kabinet met de SNP tijdens de campagne afgewezen, maar dat neemt niet weg dat de Schotten een Labourkabinet wel kunnen stutten. Tegelijkertijd geldt dat een samenwerking met de Schotse nationalisten een giftige deal kan zijn, omdat de SNP nog altijd de onafhankelijkheid van Schotland beoogt en daardoor tornt aan de eenheid van het Britse rijk.

Miliband kan zich ook richten tot de Liberaal-Democraten, de Groenen of de Welsche partij Plaid Cymru. De enige combinatie die zeker een meerderheid oplevert, een coalitie tussen de Conservatieven en Labour, is de minst waarschijnlijke.

In de nacht en ochtend na de verkiezingen op 7 mei moet blijken hoe de Britten hebben gestemd. Omdat Groot-Brittannië een districtenstelsel heeft, kan de zetelverdeling wezenlijk anders zijn dan de procentuele stemverdeling.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl